Het samenstellen van een goede ETF portefeuille kan best lastig zijn. Ik geef in dit artikel daarom een voorbeeld ETF portefeuille die je kan gebruiken als basis voor je eigen ETF portefeuille. Om de theorie achter de voorbeeld ETF portefeuille te begrijpen is het artikel Hoe moet ik een ETF portefeuille samenstellen? nuttig om te lezen.
De belangrijkste keuze die je moet maken is hoe je de beleggingscategorieën verdeeld over je ETF portefeuille. Dit is vooral afhankelijk van je beleggingshorizon (vaak bepaald door leeftijd) en je risicobereidheid. Voorbeelden van beleggingscategorieën zijn Amerikaanse aandelen of obligaties opkomende markten.
Na het bepalen van deze strategische verdeling moet je een keuze maken met welke ETF(s) je elke beleggingscategorieën wilt invullen. Maar laten we eerst kijken naar de verdeling over de beleggingscategorieën.
Voorbeeld ETF portefeuille voor een 40-jarige
We beginnen met een 40-jarige die een lange termijn beleggingshorizon heeft. Deze persoon heeft nog minstens 25 jaar tot de pensioenleeftijd om te beleggen en kan dus veel risico nemen in zijn of haar beleggingsportefeuille. Dat betekent vooral veel aandelen ETF’s en juist weinig obligatie ETF’s. Een aandelencrash is nog goed te overzien als je daarna nog minstens 25 jaar kan beleggen. Maar als je 65 bent en bijna met pensioen gaat dan is een aandelencrash veel problematischer. Je hebt dan liever een groot deel van je portefeuille in relatief veilige obligatie ETF’s.
Als uitgangspunt voor de verdeling over de beleggingscategorieën gebruik ik de lifecycle methodiek zoals te zien op onderstaande afbeelding. Dit figuur geeft op basis van je leeftijd aan hoe je je portefeuille moet verdelen over de beleggingscategorieën. De lifecycle methodiek wordt gebruikt door veel bekende vermogensbeheerders, zoals bijvoorbeeld Aegon, Robeco, BeFrank en Achmea.
Als je je geld belegt via een vermogensbeheerder is de kans dus groot dat je geld via de lifecycle methodiek wordt belegd. Vaak kan je bij die vermogensbeheerders dan kiezen voor een ‘defensief’, ‘neutraal’ of ‘agressief’ risicoprofiel. Dit betekent simpelweg dat de percentages in onderstaande figuur iets naar boven of beneden worden aangepast. Dit kan je dus ook prima zelf doen!
Van lifecycle naar beleggingsportefeuille
Om de stap te maken van de afbeelding hierboven met de lifecycle naar je eigen beleggingsportefeuille moeten we simpelweg de percentages aflezen. Een 40-jarige (rode streep in de figuur) moet dan bijvoorbeeld 35% van de portefeuille in een ETF met Europese aandelen beleggen. Dat is het onderste rode gebied van de grafiek. Ter vergelijking: voor een 60-jarige is dat 18% zoals (wat lastig) te zien in de grafiek.
In onderstaande tabel staat de strategische verdeling over de beleggingscategorieën voor zowel een 40-jarige als en 60-jarige. Dit zijn dezelfde percentages als bovenstaande grafiek, maar dan in tabel-vorm. Het grootste verschil tussen de strategische verdelingen van een 40-jarige en een 60-jarige is dat een 40-jarige veel meer in aandelen zit (en dus meer risico neemt). Dat terwijl een 60-jarige juist veel meer in obligaties zit.
Welke ETF per beleggingscategorie?
Als je je strategische verdeling hebt bepaald, is de volgende stap om de beste ETF te kiezen bij elk van de beleggingscategorieën. Bovenstaande tabel moet je dus invullen met ETF’s. Aangezien er rond de 10 overkoepelende beleggingscategorieën zijn, krijg je een lijstje met zo’n 10 ETF’s met bijbehorende verdelingspercentages. Deze verdelingspercentages heb je nodig om te bepalen hoeveel euro je in elke ETF moet investeren.
Een 40-jarige belegger moet dus bijvoorbeeld 25% van de beleggingsportefeuille in de categorie Amerikaanse aandelen beleggen. De vraag is dan dus wat de beste ETF is voor deze categorie. Je zal eerst een overzicht moeten maken met ETF’s waar Amerikaanse aandelen inzitten. Vervolgens moet je daar de beste ETF uit kiezen. In het artikel Beste ETF voor Amerikaanse aandelen wordt in detail uitgelegd hoe je dit moet doen en wat de beste ETF is voor deze categorie.
In de tabel hieronder is de beste Amerikaanse aandelen ETF al ingevuld en is daarmee de eerste ETF gekoppeld aan een beleggingscategorie. Zoals te zien is de beste ETF voor deze categorie de ETF met de code ‘VUSA’ van Vanguard. Dus stel dat je 10.000 euro wilt beleggen dan moet je voor 2.500 euro aan VUSA kopen. Waar dit het goedkoopste is, kan je lezen in het artikel Goedkoopste broker voor ETF’s.
Als je voor alle andere beleggingscategorieën de beste ETF wilt weten dan kan je dat zelf uitzoeken via de methodiek zoals beschreven in het artikel Beste ETF voor Amerikaanse aandelen. Dat kost wel veel uitzoekwerk gezien de enorme hoeveelheid beschikbare ETF’s op de markt. In het E-book ETF Beleggen is alles al uitgezocht en uitgewerkt. Je ziet makkelijk in één totaaloverzicht welke ETF je moet hebben per beleggingscategorie.
ETF portefeuille calculator
Om bovenstaande makkelijker te maken, kan je de berekeningen ook zelf doen in de ETF portefeuille calculator. Dit online Google sheets tooltje krijg je gratis bij aanschaf van een E-book. Je kan je leeftijd, risicobereidheid (neutraal, agressief en defensief) en te beleggen bedrag invoeren. Vervolgens rolt er dan uit de calculator hoeveel van elke ETF je moet kopen. De berekeningen en methodiek achter de calculator zijn gebaseerd op de methodiek die professionele vermogensbeheerders ook gebruiken. Die partijen vragen echter grof geld om je beleggingsportefeuille samen te stellen, terwijl je het ook prima zelf kunt.